KlantverhalenInterviewsInspiratie
31-10-2025Door Marrit de Haan

In 9 vragen aan spreken onze klanten. Hoe we samenwerken. Hoe onze werelden samenkomen. En hoe we ons samen hard maken voor het aanpakken van het woningtekort. Deze keer: Richard van Tiggele, directeur van en architect bij Venster Architekten. Al jaren werkt hij aan het spanningsveld tussen industriële bouw en architectonische kwaliteit. Benieuwd naar zijn visie op stedenbouw, ontwerpvrijheid en de samenwerking met Fijn Wonen? Lees snel verder en ontdek hoe hij denkt over schaalbare én betekenisvolle woonoplossingen.

Wat is volgens jou de rol van architectuur binnen stedenbouw?

‘Architectuur is voor mij het middel om prettige en goed werkende woonomgevingen te creëren. Maar stedenbouw is het grotere kader waarin dat gebeurt. Het bepaalt hoe mensen samenleven, hoe gezond een wijk is, en of sociale cohesie kan ontstaan. Dat vraagt om plannen met adaptief vermogen. We bouwen immers voor decennia. In die zin zie ik stedenbouw als een publieke verantwoordelijkheid: de overheid moet het primaat nemen bij de ruimtelijke opgaven van de toekomst.’

Wat is voor jou essentieel bij het ontwerpen van een nieuw stadsdeel of woonwijk?

‘Er is geen universeel recept. Helaas! Elke context vraagt om een andere benadering. Binnenstedelijke verdichting is iets anders dan het ontwerpen van een buitenwijk. Wat ik wél belangrijk vind, is dat bewoners ruimte krijgen om hun omgeving samen vorm te geven. Dat vraagt om vertrouwen in gebruikers en om stedenbouw die niet alles dichtregelt, maar ruimte laat voor appropriation. Dat versterkt de sociale structuur van een buurt.’

Hoe combineer je variatie in architectuur met de logica van industriële bouw?

‘Dat is precies waar wij ons als bureau al jaren mee bezighouden. Het vraagt een andere ontwerpattitude: niet ontwerpen vanuit tabula rasa, maar vanuit een systeem van componenten. Hoe meer bouwstenen je hebt, hoe groter de ontwerpvrijheid. Maar ook met beperkte middelen kun je sterke architectuur maken, mits je creatief en zorgvuldig assembleert.’

Industriële bouw heeft vaak een herkenbare uitstraling. Hoe voorkom je dat het te generiek wordt?

‘Door het stedenbouwkundig plan serieus te nemen en de overgangen tussen openbaar en privé goed te ontwerpen. De uitstraling van industriële bouw is niet per definitie minderwaardig. Veel van onze projecten met Fijn Wonen kunnen zich qua beeldkwaliteit meten met traditioneel gebouwde wijken. Het gaat uiteindelijk om de juiste toepassing, de juiste schaal en de juiste detaillering.’

Hoe ervaar je de ontwerpvrijheid binnen het systeem van Fijn Wonen?

‘Die is verrassend groot! Zolang je vooraf goed inschat wat haalbaar is binnen het systeem. Net als bij traditionele bouw is het een spel tussen ambitie en randvoorwaarden. We blijven continu in gesprek over uitbreidingen van het systeem. Nieuwe stenen. Raamprincipes. Goten. Maar er zijn natuurlijk technische en rekenkundige grenzen. Toch is de variatie die nu al mogelijk is heel indrukwekkend.’

''Wat Fijn Wonen bijzonder maakt, is hun positie als Europese voorloper in industriële woningbouw. Ze combineren schaalbaarheid met een open houding richting ontwerpkwaliteit. En dat is niet vanzelfsprekend in deze sector.''

Hoe verloopt de samenwerking met Fijn Wonen?

‘Erg goed. We kennen elkaars rol en doordat we vanaf het begin betrokken zijn, kunnen we snel schakelen. Wat Fijn Wonen bijzonder maakt, is hun positie als Europese voorloper in industriële woningbouw. Ze combineren schaalbaarheid met een open houding richting ontwerpkwaliteit. En dat is niet vanzelfsprekend in deze sector.’

Welke elementen uit de filosofie van Fijn Wonen sluiten aan bij jouw eigen ontwerpbenadering?

‘De combinatie van standaardisatie en variatie is voor ons al jaren een belangrijk thema. Het is een manier om betaalbare, duurzame én karaktervolle woonwijken te realiseren. Die ontwerpfilosofie delen we met Fijn Wonen. En dat maakt de samenwerking inhoudelijk sterk.’

Kun je een project noemen dat voor jou exemplarisch is?

Project Diepstroeten in Assen is een mooi voorbeeld uit de beginfase. Veel variatie in architectuur, gedragen door een sterk stedenbouwkundig plan van Luc Bos. Een recenter voorbeeld is project Gouda Oost, waar we een ingetogen, modern plan hebben gerealiseerd. Het was een van de eerste projecten waarbij de gevels zijn gemetseld door robots. Een mooi voorbeeld van hoe techniek en ontwerp kunnen samenvallen.’

Wanneer is een project voor jou écht geslaagd?

‘Als het een paar jaar na oplevering nog steeds goed functioneert. Als het groen is gegroeid, mensen zich de ruimte eigen hebben gemaakt en de wijk leeft. Dan weet je dat het ontwerp niet alleen op papier werkte, maar ook in de praktijk.’

Foto Richard van Tiggele Venster Architekten
Edam - drone foto van de wijk

Ben jij als architect ook op zoek naar manieren om standaardisatie en ontwerpvrijheid te verenigen?

De woningbouwopgave vraagt om slimme, snelle, schaalbare én betekenisvolle oplossingen. Laten we het gesprek aangaan over hoe we samen buurten die technisch kloppen én sociaal functioneren kunnen ontwerpen. We denken graag met je mee!